Voor de 7000- en 3000-serie:
Wanneer de robot terugkeert naar het station begint het opladen automatisch. De LED's op de robot branden wit of oranje om aan te geven dat de robot wordt opgeladen. De witte LED op het station van model XU7100 gaat ook branden. Controleer het volgende als de robot niet oplaadt:
- Controleer of u het station op het stopcontact hebt aangesloten en de robot hebt ingeschakeld.
- Zorg ervoor dat de robot goed op het station is geplaatst. Als de oplaadcontactpunten niet zijn uitgelijnd, wordt uw robot niet opgeladen. Zet de robot op de grond voor het station met de watertank van het station af en druk op de home-knop; de robot zal naar de juiste positie op het station rijden. Als de accu van de robot leeg is, plaatst u de robot rechtstreeks op de oplaadcontacten.
- Controleer of de contactpunten voor opladen op de robot en het station niet vuil zijn.
- Mogelijk moet de batterij worden vervangen. De minimale levensduur van de oplaadbare batterij is twee jaar of 1000 oplaadcycli.
Voor de 6000-serie:
- Controleer of het station is aangesloten op het stopcontact en of de robot is ingeschakeld.
- Zorg ervoor dat de robot correct op het station is geplaatst. Wanneer het apparaat ietsje scheef staat of de laadcontactpunten niet goed zijn uitgelijnd, bestaat er een kans dat het apparaat niet wordt opgeladen.
- Zorg ervoor dat de oplaadcontactpunten van zowel de robot als het station schoon zijn.
- Als de temperatuur lager is dan 8℃ kan de robot de beschermingsfunctie tegen lage temperaturen activeren. Wacht dus totdat de temperatuur weer normaal is voordat u de robot oplaadt of gebruikt.
- Als de levensduur van de batterij is verstreken, moet deze mogelijk worden vervangen.
- Onjuiste langdurige opslag kan ertoe leiden dat de batterij defect raakt.
Als met deze oplossingen het probleem niet is opgelost, kunt u contact met ons opnemen voor meer hulp.
